Op zijn dertigste verjaardag keek Paolo Cognetti moederziel alleen naar Into the wild. Cognetti, een berooide documentairemaker, nam het besluit om opnieuw in de bergen te gaan wonen, meer bepaald op de plaats waar hij als kind zo gelukkig was geweest. Daar schreef hij De acht bergen . De roman werd een internationale bestseller. En wat vindt het Genootschap van het Genot van het Boek van berg en boek?
De vergaderingen van het Genootschap van het Genot van het Boek zijn moeilijk te voorspellen. Soms eindigt de bijeenkomst op spoed na een uit de hand gelopen meningsverschil over het belang van structuur, tijdens andere vergaderingen wordt er voornamelijk achterover geleund en gezapig goedkeurend gemompeld, nippend van een groot uitgevallen cocktail. De vergadering over De acht bergen was misschien wel de slaapverwekkendste ooit. Net zoals de roman als een bergbeekje onverstoorbaar rustig voortkabbelt, vielen de Leden elkaar bij in hun oordeel over deze roman: iedereen vond het een aangenaam boek met een prima verhaal, zonder grote uitschieters.
Cognetti schrijft vrij droog en eenvoudig, beschrijft het berglandschap concreet en zonder franjes, net zoals stugge bergbewoners dat zouden doen. De acht bergen laat verrassend veel ruimte om de personages zichzelf te laten zijn, stuk voor stuk gewone mensen zonder dat je ze als lezer hartstochtelijk moet haten of dood knuffelen. De schrijver vermijdt meermaals het overdreven emotionele en metaforische en slaagt daardoor zo goed als geruisloos in zijn opzet. De acht bergen ontpopt zich tot een prima boek over hechte vriendschap — vriendschap die botst en knotst, maar die net zoals het beekje in het boek te allen tijde rustig doorkabbelt, in de lente bruisend, in de winter verborgen onder het ijs, altijd aanwezig.
Er is nogal wat fuss rond De acht bergen. Dat verbaast de Leden van Het Genootschap van het Genot van het Boek enigszins. De roman leest erg vlot en is zeer herkenbaar voor mensen die wel eens de bergen in trekken. Het thema vriendschap en ook de vergankelijkheid van natuur en mens zal menig lezer aanspreken, maar waarom dit nu net zo’n success wordt, is een raadsel voor het Genootschap.
En zo namen we een flinke slok van onze wijn en aten een stuk kaas, net zoals Pietro en Bruno op hun berg. Je zou zelfs kunnen beweren dat er een groep vrienden rond de tafel zat die genoten had van het boek, van drank en toespijs en misschien zelfs een beetje van elkaar.